Omgangsregels

Samen werken aan behoud van een veilige sportcultuur

De afgelopen twintig jaar werd de samenleving telkens weer opgeschrikt door onthullingen over grensoverschrijdend gedrag en seksueel misbruik, helaas ook in de sport. Daardoor is ook bij de KNZB de aandacht hiervoor sterk toegenomen en zijn er door alle bij de NOC*NSF aangesloten sportbonden gezamenlijke afspraken gemaakt over de preventie van ongewenst gedrag binnen de sport. Aangezien wij bij de KNZB zijn aangesloten, gelden deze afspraken ook voor onze vereniging en dienen wij ook preventieve maatregelen te treffen om te waarborgen, dat binnen onze vereniging iedereen veilig zijn/haar sport kan beoefenen.

Daarom heeft het bestuur van De Haaien dit document opgesteld, waarin onze omgangs- en beleidsregels zijn vastgelegd. Wanneer je binnen De Haaien actief bent als trainer, begeleider of vrijwilliger van zwemmers vragen wij je deze gedragscode te ondertekenen. Hiermee verklaar je, dat je de gedragscode kent en volgens deze gedragscode zult handelen.

Deze gedragscode bestaat uit vier delen:

  1. Gedrags- en omgangsregels die bijdragen aan een open, transparante en veilige omgeving voor al onze leden en vrijwilligers, deelnemers aan activiteiten en/of instructeurs;
  2. Omschrijving van seksueel grensoverschrijdend gedrag
  3. Beleid m.b.t. aanstelling/aanname van nieuwe vrijwilligers/instructeurs;
  4. Contactgegevens Vertrouwenscontactpersoon (VCP)
  1. Gedragsregels voor trainers en/of begeleiders:
  1. De trainer/begeleider dient altijd te zorgen voor een omgeving en een sfeer waarbinnen een (minderjarige) zwemmer zich veilig en gerespecteerd voelt. Dat betekent dat er geen onderscheid mag worden gemaakt naar o.a. godsdienst, geslacht, seksuele oriëntatie, culturele achtergrond, leeftijd of beperking.
  2. De trainer/begeleider onthoudt zich ervan een zwemmer te bejegenen op een wijze die de (minderjarige) persoon in zijn waardigheid aantast.
  3. De trainer/begeleider dringt niet verder door in het privéleven van de zwemmer dan nodig is voor het gezamenlijk gestelde doe, dus bijvoorbeeld geen afspraken maken of contact opnemen als dat niet relevant is.
  4. De trainer/begeleider onthoudt zich van elke vorm van seksuele benadering en misbruik ten opzichte van (minderjarige) personen. Alle seksuele handelingen, contacten en seksuele relaties tussen een trainer/begeleider en minderjarigen tot 16 jaar zijn onder geen beding geoorloofd en worden beschouwd als seksueel grensoverschrijdend gedrag.
  5. De trainer/begeleider mag een (minderjarig) zwemmer niet op zodanige wijze aanraken, dat deze aanraking naar redelijke verwachting als seksueel of erotisch van aard ervaren zal worden.
  6. De trainer/begeleider zal tijdens trainingsdagen, lessen, reizen, uitjes en dergelijke, zeer terughoudend en met respect omgaan met (minderjarige) personen en de ruimtes waarin zij zich bevinden, zoals de kleedkamer of hotelkamer niet zonder meer binnengaan.
  7. De trainer/begeleider heeft de plicht de aan hem/haar zorg toevertrouwde (minderjarige) zwemmers naar vermogen te beschermen tegen vormen van ongelijkwaardige behandeling en seksueel grensoverschrijdend gedrag en zal er actief op toezien dat de gedragscode door iedereen die bij de (minderjarige) zwemmers is betrokken, wordt nageleefd.
  8. Indien de trainer/begeleider gedrag signaleert dat niet in overeenstemming is met deze gedragscode en/of bij vermoeden van seksueel grensoverschrijdend gedrag, is hij/zij verplicht hiervan melding te maken bij de daarvoor door het bestuur aangewezen vertrouwenscontactpersonen (VCP).
  9. De trainer/begeleider krijgt of geeft geen (im)materiële vergoedingen die niet met het bestuur zijn overeengekomen, dan wel gangbaar of te doen gebruikelijk zijn;
  10. In die gevallen waar de gedragscode niet (direct) voorziet, of bij twijfel over de toelaatbaarheid van bepaalde gedragingen ligt het binnen de verantwoordelijkheid van de trainer/begeleider in de geest van de gedragscode te handelen en zo nodig daarover in contact te treden met de vertrouwenscontactpersoon.
  1. Omschrijving seksueel grensoverschrijdend gedrag met minderjarigen, sanctiebeleid en meldplicht
    Onder seksueel grensoverschrijdend gedrag met minderjarigen verstaan wij: iedere vorm van seksueel gedrag of seksuele toenadering, in verbale, non-verbale of fysieke zin, opzettelijk of onopzettelijk, die
  • Door de persoon die het ondergaat als ongewenst of gedwongen wordt ervaren
  • En/of plaatsvindt binnen een ongelijke machtsverhouding (volwassene-kind, hulpverlener-cliënt, leerkracht-leerling, trainer-pupil, leiding-jeugdlid, e.d.);
  • En of andere handelingen of gedragingen die strafbaar zijn volgens het Wetboek van Strafrecht.

Gedragingen die volgens de bovenstaande omschrijving vallen onder seksueel grensoverschrijdend gedrag met minderjarigen, kunnen worden gesanctioneerd door een tuchtrechtprocedure waarin hoor en wederhoor zal plaatsvinden. De sancties bestaan uit het voor korte of langere tijd uitsluiten van vrijwilligerswerk met minderjarigen door persoonsgegevens in een centraal register op te nemen.

Per 1 april 2019 is de meldplicht opgenomen in het tuchtreglement seksuele intimidatie (artikel 3) bij het Instituut Sportrechtspraak (ISR). Dit betekent dat dit van toepassing is voor alle sportbonden die voor seksuele intimidatie zaken bij het ISR zijn aangesloten, waaronder de NOB.  De meldplicht houdt kort gezegd het volgende in: Zodra iemand uit het bestuur van een vereniging vermoedens heeft van een situatie waarin sprake is van seksuele intimidatie of seksueel misbruik, is hij of zij verplicht dit bij de bond te melden. Wanneer trainers, begeleiders of leden iets weten, zijn zij verplicht dit te melden bij het bestuur van de vereniging.

Seksueel grensoverschrijdende gedragingen met (minderjarige) personen waarvan het bestuur oordeelt dat deze vallen onder het Wetboek van Strafrecht, zullen bij politie/justitie worden gemeld.

  1. Aannamebeleid

Een pleger van grensoverschrijdend gedrag herken je niet aan het uiterlijk. Vaak zijn het aardige en populaire mensen die zich binnen korte tijd onmisbaar weten te maken. Bekend is dat ze situaties opzoeken waarin ze makkelijk in contact komen met kwetsbaren zoals minderjarigen en mensen met een verstandelijke beperking. Daarbij maken ze gebruik van het vertrouwen van een organisatie. Door het hebben van aannamebeleid zullen mensen met verkeerde bedoelingen eerder afgeschrikt worden om binnen onze vereniging een functie te vervullen.

Daarom neemt De Haaien m.b.t. de aanname en/of aanstelling van nieuwe trainers / begeleiders de volgende regels in acht:

  • Indien een aspirant-lid een rol als trainer/begeleider wil vervullen, vindt er altijd een referentiecheck plaats (bijv. bij de club waar de persoon vandaan komt).
  • Iedere instructeur die binnen de vereniging actief is, dient een geldige VOG te kunnen overleggen (elke 5 jaar herhaling).
  • Elk nieuw lid wordt bekend gemaakt met onze gedragscode en al onze trainers/begeleiders dienen deze voor akkoord te ondertekenen.
  1. Vertrouwenscontactpersonen

Wanneer je vermoedt of ziet dat er sprake is van seksuele intimidatie of grensoverschrijdend gedrag, of als je meent dat een bepaalde gebeurtenis niet binnen de normen en waarden van onze vereniging past, denk bijvoorbeeld pesten of het buitensluiten van andere leden, maar ook aan grappen over vrouwen, LHBT-ers of andere culturen, kun je hiermee terecht bij de Vertrouwenscontactpersoon van onze Vereniging (zie SoCie voor contactgegevens).